Particulier initiatief stut geplaagde musea Vereniging Rembrandt als stille, verbindende kracht

Met elkaar is het mogelijk.
Met elkaar is het mogelijk.
23 januari 2023

Musea worstelen met de bezoekersaantallen. Op de achtergrond gloren ook lichtpuntjes.



De Nederlandse musea komen de coronajaren langzaam en moeizaam te boven. Uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek blijkt dat de musea in 2021 door de lange lockdown 14% minder bezoekers trokken. Ten opzichte van 2019 daalde het aantal bezoekers zelfs met 64%.  De cijfers lijken nog niet terug op het oude niveau. De vraag is ook of buitenlandse bezoekers weer terug zijn. De Museumvereniging komt in oktober met data over 2022.

Wat zeggen de CBS-cijfers nog meer? De coronamaatregelen zetten de musea op hun kop en deden de vitrines rinkelen. Tussen 2019 en 2021 daalde het aantal buitenlandse bezoekers met 85%. Ook mensen met een beperking, onder wie ouderen, lieten het massaal afweten. De belangrijkste toename van indirecte opbrengsten kwam uit de corona-steunmaatregelen (€ 145,8 mln in 2021). Opbrengsten uit private middelen (schenkingen) namen toe tot € 156 mln.   

 

Filantropie op haar best

Minder bezoekers betekent minder publieksinkomsten uit entree en museumkaartvergoeding. Deze inkomsten daalden in 2021 met 60% ten opzichte van twee jaar eerder. Ook inkomsten uit museumwinkel en horeca lieten een neerwaartse trend zien. Hier was sprake van een daling met bijna 50%.  De overheid subsidieert, maar er zijn ook andere inkomsten nodig. Privaat geld kan een welkome aanvulling zijn op publiek geld. Filantropie op haar best.

Een voorbeeld van een good practice op dit vlak is de Vereniging Rembrandt.  Deze eerbiedwaardige vereniging zet zich sinds 1883 met 17.000 vrijgevige leden in voor Nederlands openbaar kunstbezit. In samenwerking met de musea vergroot de Vereniging de publieke belangstelling voor de gezamenlijke kunstcollecties. Daarnaast maakt zij aankopen, onderzoek en restauraties mede mogelijk. Een onafhankelijke, overkoepelde Vereniging met expertise.
 

Publiek-private samenwerking

Zo verwierf museum Boijmans Van Beuningen onlangs met € 3 mln aan financiële steun van de Vereniging Rembrandt en ruime ondersteuning van het Rijk en het Mondriaan Fonds Miró’s Peinture-poème. Een staaltje van publiek-private samenwerking, nodig  om mee te kunnen bieden op de internationale kunstmarkt, waar de prijzen voor topkunst door het dak gaan. Voldoende maatschappelijk draagvlak is daarbij een noodzakelijke voorwaarde.

‘De Vereniging is een bolwerk van kunsthistorische expertise en kennis’, aldus de medio 2022 aangetreden directeur Gert-Jan Janse in het bulletin van 'museale motor' Rembrandt. ‘De manier waarop over de hele breedte steun wordt verleend bij aankopen, van een zwaard uit de bronstijd tot contemporaine glaskunst en alles wat daartussen zit, sprak mij als student al erg aan.’ Janse is de opvolger van Fusien Bijl de Vroe die de Vereniging groot maakte.
 

‘Collectiemobiliteit’

Naast het steunen van aankopen, onderzoek en restauraties besteedt de Vereniging Rembrandt veel aandacht aan bevordering van ‘collectiemobiliteit’. Kunstwerken die bij het ene museum voor langere tijd in depot verblijven, kunnen in de vaste presentatie van een ander museum juist heel goed tot hun recht komen. Een kwestie van organiseren. De missie van de Vereniging is immers is topkunst beschikbaar maken voor een zo breed mogelijk publiek.

Dat de ambities van de Vereniging Rembrandt verreikend en verrijkend zijn blijkt uit haar jongste Nieuwsbrief. De Vereniging is inhoudelijk partner van de collegereeks ‘Kunstgeschiedenis door museumdirecteuren’ van The School of Life. In de laatste editie nemen acht directeuren de kijkers mee in de wereld van hedendaagse kunst. Van Anselm Kiefer tot Marlene Dumas en van Marina Abramivic tot René Daniëls. Een métier dat toelichting behoeft.
 
 
4/4