Alsnog: mijn nucleaire coming out

Late coming out van Mirjam Vossen...
Late coming out van Mirjam Vossen...
6 september 2018
Opinie | | Ontwikkelings samenwerking

Ik ben voorstander van kernenergie. Het voelt een beetje als een coming out om dat op te schrijven. Maar het wordt de hoogste tijd, want binnenkort prijkt mijn foto op de cover van ‘Kernvisie’, een tijdschrift ter bevordering van het draagvlak voor kerntechniek, waarvoor ik afgelopen maand werd geïnterviewd.  
 
Zo meteen meer over dat interview. Maar eerst een antwoord op de vraag: ‘hoezo vóór kernenergie?’ In het huidige maatschappelijke sentiment rond het onderwerp is dat namelijk geenszins een vanzelfsprekende opvatting. Ze kwam dan ook niet vanzelf. Ik ben van de tuinbroekgeneratie, opgegroeid met de koude oorlog en Tsjernobyl. Als kind had ik nachtmerries over de atoombom, als student demonstreerde ik op het Malieveld tegen kernwapens. Kernenergie, daar waren ‘we’ met z’n allen natuurlijk ook tegen.  
 
Nul doden
Wanneer mijn beeld begon te kantelen, weet ik niet precies. Misschien nadat ik las over het aantal doden na het ongeluk in Fukushima. Dat waren er nul. En volgens onderzoek van de VN is het onwaarschijnlijk dat er ooit doden zullen vallen als gevolg van stralingsbesmetting. De slachtoffers die op ons netvlies staan zijn slachtoffers van de tsunami en mensen die na het ongeluk bezweken aan de paniek en de stress van de overhaaste evacuatie. Die evacuatie was onnodig, blijkt achteraf. Mensen in de buurt van Fukushima liepen geen enkel gevaar. 
 
Dat maakte me nieuwsgierig. Wat klopte er nog meer niet van wat ik altijd over kernenergie dacht te weten? Zo’n beetje alles. Tsjernobyl, straling, kernafval: hoe meer ik erover las, hoe meer de apocalyptische beelden in mijn hoofd terug in proportie werden gebracht. Daar kwam een nieuw inzicht bij. Ik had kernenergie altijd in een vacuüm gezien. Het was nooit in me opgekomen om de nadelen te vergelijken met die van andere energiebronnen. Ik schrok van het enorme aantal slachtoffers van fossiele brandstoffen: alleen door luchtverontreiniging sterven volgens de WHO al miljoenen mensen per jaar. Daar komen duizenden verongelukte mijnwerkers bij. Kernenergie is, compleet in tegenstelling tot wat ik altijd had geloofd, de veiligste energiebronper opgewekte eenheid energie. Ze maakt zelfs minder slachtoffers dan zon en wind.  
 
Framing van kernenergie
De beeldvorming rond kernenergie vind ik intrigerend. Diezelfde fascinatie voor beeldvorming zette me eerder aan tot een onderzoek naar de framing van armoede ontwikkelingslanden. Dit jaar onderzocht ik de framing van de discussie rond kernenergie. Dat deed ik in opdracht van de industrie. En dat brengt me binnenkort op de cover van Kernvisie. 
 
In mijn eigen omgeving, bevolkt door nogal wat GroenLinks-stemmers, heb ik intussen heel wat uit te leggen. Ik doe dat, want volgens mij is er veel te winnen. Kernenergie stoot even weinig CO2 uit als energiewinning uit hernieuwbare bronnen. Samen met zon en wind kan het bijdragen aan het terugdringen van broeikasgassen. De oplossing van het klimaatprobleem is volgens mij dan ook niet geholpen met het verzet tegen kerncentrales.
Voor mij persoonlijk is een ander motief nog belangrijker. In de armste landen heeft ongeveer de helft van de mensen nog helemaal geen elektriciteit. Ze koken op open houtvuurtjes en ademen hun longen kapot. Weinig mensen weten dat luchtweginfecties in arme landen doodsoorzaak nummer één zijn. Zonnepanelen helpen mensen een stuk vooruit. Maar om te koken of een huis te verwarmen geven ze te weinig energie. En je kunt er al helemaal geen grote ziekenhuizen, fabrieken of bedrijventerrein op laten draaien. Wat iedereen ter wereld écht wil, rijk en arm, is betaalbare en betrouwbare stroom, 24 uur per dag, ook als de zon niet schijnt en de wind niet waait. Energie die bovendien zo min mogelijk CO2 uitstoot en de lucht vervuilt. Het verzet tegen kernenergie helpt de armsten op geen enkele manier vooruit. 
 
Daarom mijn coming out, ook nog eens op deze plek. Want in die strijd tegen kernenergie gaan miljoenen om. Dat geld komt van particuliere donateurs, van groene energiebedrijven, van milieuorganisaties en fondsen. De strijd wordt gesteund door mensen die oprechte - en terechte - zorg hebben voor de toekomst van de aarde. Maar die hun beeld over de risico’s van kernenergie de afgelopen dertig jaar wellicht niet hebben bijgesteld. Pick your battle, zou ik zeggen. Het stoppen van klimaatverandering en het vooruithelpen van mensen in armoede zijn belangrijkere zaken om voor te strijden.