Bier & Azijn

12 april 2006
Opinie | | Ontwikkelings samenwerking

Het afrekenen van hulporganisaties op resultaten leidt tot willekeur. Dat is samengevat de conclusie van de commissie Dijkstal in haar rapport “Draagvlak en effectiviteit ontwikkelingssamenwerking” van 6 april 2006 zoals deze in de media werd weergegeven.
Uit dit rapport blijkt dat er gelukkig nog steeds wat te lachen valt over ontwikkelingssamenwerking. De conclusies deden namelijk denken aan een bierfabriek die een azijnachtig product op de markt brengt dat niet te drinken is en vervolgens stelt dat er professioneel gewerkt is en dat de kwaliteit van de bedrijfsvoering echt op het allerhoogste niveau staat.
Of aan een gemeente waar in alle wegen gaten zitten maar die vervolgens stelt dat……
Of een land waar de belastingdienst miljoenen kwijtraakt maar die vervolgens stelt dat…..

Samengevat zijn de conclusies van een commissie, onder leiding van Hans Dijkstal, en gevormd op verzoek van het KIT, ICCO en SNV; het afrekenen van hulporganisaties op resultaten is te ver doorgeschoten. De clubs moeten vooral worden beoordeeld op de kwaliteit van hun bedrijfsvoering en hun professionaliteit. En politici moeten eens ophouden met het doen van ongenuanceerde beweringen over de sector en er moet weer(?) worden gestuurd op vertrouwen.

Volgens de commissie kunnen ontwikkelingsorganisaties niet verantwoordelijk worden gesteld voor het oplossen van de armoede in de wereld..

Maar de hand gaat ook in de boezem van de sector; Nederlanders twijfelen vaak aan de effectiviteit van de hulp. Dat is volgens de opstellers van het rapport voor een belangrijk deel aan de sector zelf te wijten want, zo stelt zij, de organisaties moeten “opener, eerlijker en vaker communiceren”. En er worden in het rapport vraagtekens van de commissie bij het aantal hulporganisaties in Nederland gezet; alleen al in Ghana zijn 240 Nederlandse clubs actief waarvan de helft met een budget van minder dan 10.000 euro. Dat wordt versnippering genoemd (zonder dat toe te lichten).

Eindelijk zijn we zo ver zijn dat geldgevers doorhebben dat de kwaliteit en de kosten van de fondsenwerving – c.q. marketing en publiciteit – niets te maken hebben met het doel van de ontwikkelingshulporganisaties of we krijgen dit rapport.
Net nu een aantal geldgevers zich echt druk beginnen te maken over de doelmatigheid van de bestedingen en dan komt dit rapport.
Eindelijk hebben mensen door dat de grote broek die deze organisaties hebben aangetrokken met hun impliciete en vaak ook expliciete suggesties in marketing en reclame -  namelijk dat zij de wereld gaan veranderen als wij maar geld geven -, nergens op gebaseerd zijn en dan komt dit rapport. Een rapport met de conclusie dat de organisaties niet verantwoordelijk moeten worden gesteld voor het feit dat ze de armoede niet kunnen oplossen.

Henk van Stokkom is adviseur van vermogensfondsen en was tot voor kort bestuurslid van de Donateursvereniging.