Tijd en geld voor ‘level playing field’:Lobby Goede Doelen Loterijen blijkt succesvol

17 juli 2014
Nieuws | | Loterijen

Na bijna vier jaar touwtrekken met de vele belanghebbenden, waaronder ook de goede doelen in Nederland, gaat het kabinet nu een hervormingsplan voor de gokmarkt ter goedkeuring aan het parlement voorleggen. De online gokmarkt gaat vanaf 2015 open, maar andere buitenlandse aanbieders moeten wachten tot 2017. Tot die tijd kunnen de goede doelenloterijen in Nederland zich voorbereiden op de nieuwe concurrentie en mogen tien procent meer van hun inkomsten voor innovaties en hoger prijzengeld gebruiken. De Staatsloterij en Lotto krijgen tijd om te fuseren om zo de afdracht aan de sport veilig stellen. De plannen zijn door de Goede Doelen Loterijen (o.a. Postcode Loterij) ‘met waardering voor de behoedzame aanpak’ ontvangen.

‘Ik heb nog nooit meegemaakt dat zoveel bewindslieden, stakeholders en andere belanghebbenden zich met een dossier bemoeiden’, verzuchtte staatssecretaris Fred Teeven (foto) vorige week vrijdag tijdens de persconferentie over de hervorming van de Nederlandse gokmarkt. Die worsteling is overigens niet zo verwonderlijk gezien de grote financiële en maatschappelijke belangen die ermee gemoeid zijn. Binnen het huidige restrictieve beleid met een beperkt aantal vergunninghouders vloeit er jaarlijks bijna 750 miljoen euro naar goede doelen en sport. Liberalisering van dit beleid zou deze afdracht ernstig in gevaar brengen, betoogden de grootste belanghebbenden. Met name de Goede Doelen Loterijen brachten het afgelopen jaar zwaar geschut in stelling. Het Goede Doelen Platform, hun lobbyclub onder voorzitterschap van Alexander Rinnooy Kan, maar ook bekende Nederlanders als Wim Pijbes, directeur van het Rijksmuseum (‘er wacht ons een ramp van Fyra-achtige proporties’), een aantal directeuren van grote goede doelenen suprakoepel SBF, brachten hun zorgen actief naar voren.

Lobby succesvol
Deze lobby lijkt zijn vruchten te hebben afgeworpen. De liberalisering zelf was niet meer tegen te houden – en tegen de achtergrond van Europese regelgeving en een vrije binnenmarkt onvermijdelijk, maar over de voorwaarden werd nog  flink gesteggeld. Met de onontkoombaarheid van een openstelling van de gokmarkt voor ogen, verlegden de Goede Doelen Loterijen hun focus naar een ‘level playing field’: als er dan concurrentie bij komt, dan graag dezelfde voorwaarden voor álle vergunninghouders, zo luidde het betoog. Binnen deze context paste het verzoek aan staatsscretaris Teeven om het afdrachtspercentage te verlagen 50 naar 40 procent. De Nationale Postcode Loterij, de Bankgiro Loterij en de Vrienden Loterij beweren dat ze daardoor beter kunnen concurreren met toekomstige aanbieders en zo de afdracht aan goede doelen in absolute zin juist op peil kunnen houden en zelfs verhogen.

Welnu, dát belangrijke punt is nu binnengehaald.
In een reactie laten de Goede Doelen Loterijen weten: ‘Wij verwelkomen de maatregelen die het kabinet wil nemen om de jaarlijkse 750 miljoen euro voor de samenleving vanuit Nederlandse loterijen in stand te houden. Nu er binnenkort onvermijdelijk commerciële online kansspelaanbieders op de Nederlandse markt komen is dit van extra belang. Waardering is er voor het feit dat het kabinet ruimte heeft gemaakt voor inbreng van de betrokken partijen: goede doelenorganisaties, overheid en de kansspelsector zelf. Het voorgenomen beleid houdt rekening met de enorme opbrengst voor de samenleving vanuit de loterijen.'

Opluchting
Opluchting is er dus over de ruimte en de tijd die de huidige vergunninghouders krijgen om zich in te stellen op de nieuwe concurrentie vanaf 2017. Maar de markt voor het online gokken wordt al wel vanaf 2015 opengesteld voor nieuwe aanbieders. Dit betekent dat bedrijven als Bwin, Betfair en Pokerstars Nederlandse consumenten per 1 januari hun internetspelletjes mogen aanbieden en daarvoor ook reclame mogen maken. De aanbieders van deze spelen moeten vanaf komend jaar wel aan strenge voorwaarden voldoen. Zo moeten ze hun spelers beschermen tegen gokverslaving, onder meer door spelers via spelersprofielen te ‘monitoren’. De aanbieders worden ook verplicht twintig procent kansspelbelasting af te dragen over het bruto spelresultaat. Daarnaast moeten ze nog een half procent bijdragen aan het verslavingsfonds en anderhalf procent aan de Kansspelautoriteit. Staatssecretaris Teeven kon niet direct zeggen hoeveel de staat denkt op te halen met de belastingen op het online gokken. ‘In Denemarken hebben ze de markt een aantal jaar geleden opengegooid. Daar waren ze buitengewoon verbaasd over de opbrengsten. Het zou dus weleens kunnen gaan meevallen.’

Afdracht aan goede doelen
Teeven gaat ook bekijken of de nieuwe aanbieders geld moeten afdragen aan goede doelen. Er is juridisch gezien niets op tegen buitenlandse loterijen deze verplichting op te leggen, aldus  de Leidse juristen Stefaan Van den Bogaert, hoogleraar Europees recht en Armin Cuyvers, universitair docent Europees recht onlangs in de Telegraaf. ‘Europees recht belet in beginsel niet het bestemmen, of ‘earmarken’, van de verplichte afdracht van loterijen voor Nederlandse goede doelen of maatschappelijke doeleinden zoals sport of cultuur.’ Sterker nog: in bijvoorbeeld Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Zweden en Denemarken bestaat een dergelijke verplichting al. Wel moet Nederland aan een aantal algemene voorwaarden voldoen. De voorwaarden voor de afdrachten moeten bijvoorbeeld ‘objectief, transparant en niet discriminatoir zijn’. Ook mag de afdracht geen verkapte vorm van verboden staatssteun zijn.

Sportsector ook blij
Het NOC*NSF is blij dat de ministerraad groen licht heeft gegeven voor de verdere voorbereiding van een mogelijke fusie tussen de Lotto en de Nederlandse Staatsloterij. De positie van goede doelen, die in gevaar leek te komen door het vrijgeven van de online kansspelmarkt, lijkt in de huidige kabinetsplannen gewaarborgd, laat de sportorganisatie weten.
Het NOC*NSF ontvangt jaarlijks een bijdrage van de Lotto. De laatste jaren lopen de inkomsten van deze loterij echter terug en worden de bijdragen minder. De organisatie hoopt dat de inkomsten door de samenwerking van de loterijen komende tijd weer zullen toenemen en de sport weer kan rekenen op een jaarlijkse bijdrage van ongeveer 50 miljoen euro. Vorig jaar kreeg het NOC*NSF ongeveer 45 miljoen euro van De Lotto, zegt een woordvoerder.
Ook de Lotto en de Staatsloterij zelf zijn verheugd met de uitkomst van de ministerraad. ‘Het mogelijk samengaan van de Lotto en de Nederlandse Staatsloterij zorgt ervoor dat we ons samen optimaal en efficiënt kunnen voorbereiden op naderende ontwikkelingen in de kansspelmarkt’, aldus Joop Atsma, voorzitter van de raad van commissarissen van de Lotto.