Goud en koper

7 april 2010
Opinie | | Politiek en overheid

Je zou denken dat de economische crisis een behoorlijke deuk slaat in het concept van "De gouden eeuw van de filantropie". Het gaat hier om de aanzienlijke vermogenstransitie van de well to do-babyboomers aan het algemeen nut in deze en komende jaren. Toch maar extra geld opzij zettenvoor het pensioen, de kinderen, de zorgverzekering? Maar de cijfers (CBS, Geven in Nederland) spreken andere taal: filantropie is opvallend crisisbestendig. De"betrokken burger", die zijn eigen portemonnee trekt om bij te dragen aan speeltuin, ziekenhuis of bibliotheek, is echter een andere burger dan die de overheid nu aanspreekt. Den Haag ziet alleen "bijpassende burgers": iedereen moet "meebetalen",  d.w.z.  de tekorten van de collectieve middelen aanvullen. Het is het verschil tussen geven met en zonder het pistool op de borst. Hoe schrijnend is het gebrek aan visie bij onze politici op het enorme geefpotentieel in dit nog steeds stinkendrijke land, dat bij ontstentenis van een goede geef-infrastructuur haar civil society ziet als hobby- en knutselclub voor maatschappelijke idealisten. Theo Schuyt pleit al jaren voor een renaissance van de lokale gemeenschapsfondsen, waar overheid, bedrijven en burgers in een welhaast idyllische symbiose op hun betrokkenheid bij hun directe leefomgeving worden aangesproken. Creëer dus geen geefmarkt, geen bijpas-markt, maar een duurzame structuur voor de betrokkenheidsmarkt in dit land. Daarin zal het goud van de filantropie niet het kopergeld van de substitutie worden.