Projecten scherpen profiel van Goldschmeding Foundation

24 januari 2017
Nieuws | | Vermogensfondsen

Hét fondsnieuws van vorig jaar: de oprichting van de Goldschmeding Foundation door de rijkste man van Nederland. Maar wat wil Frits Goldschmeding met zijn stichting eigenlijk? De doelstellingen op het gebied van ‘mens, werk en economie’ hangen nauw samen met de (levens)filosofie waarmee de stichter zijn uitzendimperium Randstad groot maakte, maar leken bij de lancering wat te smoren in een wollige abstractie. Een jaar na de oprichting is het profiel van de Goldschmeding al een flink stuk scherper geworden door de vele, vaak innovatieve projecten. Afgelopen maandag werd voor de pers een eerste tussenbalans opgemaakt.
 
Gedachtengoed van Goldschmeding
Voorzitter Piero Overmars liet er maandag bij de perspresentatie geen misverstand over bestaan: alles wat de Goldschmeding Foundation initieert en financiert gebeurt vanuit de centrale filosofie van de oprichter. De kern en het gedachtengoed van de Frits Goldschmeding Foundation is de overtuiging dat er een betere wereld ontstaat als mensen en organisaties als fundamenteel uitgangspunt nemen een ander verder te helpen en zo een gezamenlijk belang nastreven. De drie kernwaarden waarmee Goldschmeding uitzendimperium Randstad bouwde en de Nederlandse arbeidsmarkt hielp omvormen gelden onverkort ook voor de filantropische organisatie. Daarbij is vooral het punt van de ‘simultane belangenbehartiging’ opvallend: maak niet één stakeholder belangrijker dan de ander. Een betere wereld gaat over iets groters dan jezelf, benadrukte Overmars, met een sneer naar president Trumps inaugurele speech: protectionisme en bevoordeling van één groep heeft in de geschiedenis van de mensheid nog nooit tot iets goeds geleid…
 
Belangrijke rol Balkenende
‘Alles wat we doen moet leiden tot impact en moet wetenschappelijk excellent zijn’, verklaarde Overmars. Om dit laatste aspect te bewaken is een zwaar curatorium opgetuigd, dat onder leiding staat van oud-premier Jan Peter Balkenende. De man die in de vorming van de Goldschmeding Foundation een niet te onderschatten aandeel heeft gehad. De oprichting van de Foundation was een redelijk goed bewaard geheim, al gingen wel steeds meer geruchten dat de oprichter van Randstad een deel van zijn enorme vermogen (€4,7 miljard volgens Quote5000 van 2015) zou bestemmen voor de goede zaak. Volgens goed ingelichte bronnen zou het idee voor de Foundation zijn ontstaan tijdens de zogeheten Ergo-bijeenkomsten (Economie, Religie, Governance en Organisatie) op de klipper Stad Amsterdam. Op dit koopvaardijschip wisselen prominenten jaarlijks ideeën uit over de relatie tussen economie en theologie. Onder hen de econoom Lans Bovenberg (zie hierna) en Balkenende. Beiden zijn net als Goldschmeding naar eigen zeggen voor een belangrijk deel gevormd door het christelijk gedachtengoed van de Vrije Universiteit in Amsterdam.
 
Oneindige levensduur
De Goldschmeding Foundation zit er voor de lange duur in ‘met voldoende kapitaal om de Foundation ten minste honderd jaar te laten voortbestaan’. ‘Deze Foundation kost me een slok op een borrel en krijgt in feite een oneindige levensduur’, aldus Goldschmeding vorig jaar tegen het FD. Naar verluidt wordt de stichting gefinancierd uit (een deel van) het dividend van Goldschmeding op zijn aandelen in Randstad, dat vorig jaar zo’n 70 miljoen euro opleverde. Wat het jaarlijkse budget is, wil niemand bij de foundation kwijt.
De beslissing om een deel van het vermogen terug te geven aan de samenleving wordt van harte ondersteund door Goldschmedings drie dochters. Vader Goldschmeding blijft overigens grootaandeelhouder van uitzendconcern Randstad voor ongeveer een derde van de aandelen. En dat aandelenpakket zal niet worden verkocht, zo heeft de familie lang geleden afgesproken, aldus het FD.
 
Maatschappelijk durfkapitaal
Met een diepe portemonnee en een lange bestedingshorizon kan de Goldschmeding Foundation projecten initiëren en financieren van langere adem. Er is met andere woorden meer maatschappelijk durfkapitaal beschikbaar en dat maakt de gang naar ‘donor darlings’ minder verleidelijk. Dat bleek wel uit de projecten die maandag kort de revue passeerden en die in samenhang het mission statement een mooi scherp(er) profiel gaven.
 
Relationele economie
Zo wordt de reeds genoemde economiehoogleraar Lans Bovenberg financieel gesteund in zijn pogingen op het economie-curriculum op een nieuwe leest te schoeien. Een filosofie die dicht aanschurkt tegen de kernwaarden van de Goldschmeding Foundation: een economie waarin de ‘relationele mens’ centraal staat. Een economie waarin samenwerking een betere en duurzamer balans moet opleveren tussen het eigen voordeel en dat van anderen. Dat het herschrijven van de schoolboeken een langjarig project is, moge duidelijk zijn. Voordat de nieuwe methodes zijn geaccepteerd, ingevoerd en hun uitwerking op scholieren en studenten heeft (na de generatie die opgroeide met ‘Heertje’), zijn we vele jaren verder. Maar evengoed is duidelijk dat het project een duurzame en structurele verandering nastreeft. 
 

Jeugdwerkloosheid

Het is een taai probleem waarop politiek en beleidsmakers hun tanden al jaren stuk bijten: de jeugdwerkloosheid. Initiatiefnemer van De Nieuwe Poort en adviseur Ruben van Zwieten presenteerde de eerste resultaten van het project ‘Jeugd, werk en hoop’: hoe kunnen meer, vooral laag opgeleide jongeren aan werk geholpen worden? Van Zwieten: ‘Jongeren hebben een naam en zijn geen statistieken. Werkloosheid is fnuikend voor hen en voor de samenleving. Werken geeft je zelfvertrouwen, een eigen verantwoordelijkheid, een sociaal netwerk. Door werk kun je direct en indirect worden wie je bent. In ons land zitten alleen al 150.000 jongeren onder de 25 zonder werk. Dat kost de samenleving 6 miljard euro per jaar.’ 

Diner pensant

De aanpak binnen het project is multidisciplinair en enigszins onconventioneel: geen vergaderingen, maar diners pensants waar ambtenaren, (oud)politici, filosofen, hoogleraren, journalisten en werkgelegenheidsdeskundigen aanzitten. Van Zwieten: ‘Een mix van gevestigde en nieuwe opiniemakers.’ De denktank hoestte inmiddels vijf thema’s op (‘Aandacht’, ‘Dromen’, ‘Kansen’, ‘Vaardigheden’ en ‘Verbinding’) waarbinnen concrete, eenjarige projecten worden geïnitieerd met uitzicht op vijfjarige financiering. Daarvoor wordt nadrukkelijk samenwerking gezocht met andere partijen en bestaande initiatieven. Van Zwieten: ‘We streven naar ontsnippering en defragmentatie met behoud van kwaliteit.’

Circular Cities Dashboard

Programmamanager Anneriek Douma presenteerde de eerste resultaten van een vorig jaar gestart project om te komen tot ‘Circular Cities Dashboards’: praktische en schaalbare instrumenten om te meten hoe het gesteld is met de circulaire economie in steden, waar in de nabije toekomst zeventig procent van de wereldbevolking zal wonen. De transitie naar een circulaire economie is essentieel voor het behalen van de klimaatdoelstellingen die nu nog ver weg zijn, verklaarde Douma: ‘Maar er is ook een sociaal aspect: mondiaal is er grote sociale onrust. Klimaatverandering kun je dus ook als sociale drijfveer beschouwen. Om overheden naar een circulaire economie te bewegen moet je kunnen meten: in dit stadium zitten we nu.’
Het CCD moet voor gemeentelijke beleidsmakers dus een praktisch instrument worden dat antwoord geeft op vragen als ‘Als ik als stad om wil naar een circulaire economie, hoe doe ik dat? En hoe scoor ik als stad nu ten opzichte van andere steden?’ 

810.000 circulaire banen

De eerste inventarisatie – waarbij de circulaire economie van Nederland tot op postcodeniveau per sector in kaart is gebracht, een monnikenwerk - leverde gelijk al een interessant beeld op: er zijn in ons land 810.000 ‘circulaire banen’ (althans volgens de definities van de onderzoeksgroep): 8,1 procent van het totale aantal banen in Nederland. Douma: ‘Over een maand moeten de dasboards gaan werken en kunnen we deze tool verder testen en doorontwikkelen. In de nabije toekomst gaan we ook een methodiek ontwikkelen over de vaardigheden die je nodig hebt in het transitieproces naar een meer lokale, circulaire economie.’ 

De Hoop-barometer

Een primeur bevatte de persbijeenkomst gisteren met de lancering van de ‘Hoop-barometer’. Die barometer heeft tot doel een richtlijn te bieden voor het meten van hoop in organisaties, steden, landen of andere groepen. Het geeft een inkijk in de maatschappelijke effecten van veel of weinig hoop. ‘Een gebrek aan hoop lijkt bij te kunnen dragen aan een verharding en polarisering van het politiek debat, met alle maatschappelijke gevolgen van dien. Maar ook voor organisaties kan het meten van hoop relevant zijn, bijvoorbeeld bij veranderingen. Hoopvolle mensen kunnen beter omgaan met verandering’, aldus het ronkende persbericht, dat ook gewag maakte van ‘de meest complete maatstaf voor hoop ter wereld ontwikkeld door het Institute of Leaderschip & Social Ethics, verbonden aan de Evangelische Theologische Faculteit in Leuven, en de Happiness Economics Research Organisation van de Erasmus Universiteit in Rotterdam. Voor het eerst is wetenschappelijk een combinatie van dimensies vastgesteld die hoop bepalen. De Hoopbarometer meet de aspecten cognitie, emotie, deugd, sociaal, verwachting, veiligheid en spiritueel. Geen enkele meting ter wereld is zo veelomvattend.’
 
Niet wanhopig, maar ook niet hoopvol
De Foundation gaat met de Hoop-barometer hoog te paard zitten, maar hoeveel waarde moet worden gehecht aan de nulmeting in Nederland, is nog zeer onduidelijk. De steekproef van ruim 500 ‘surveys’ in de eerste helft van januari laat zeker ruimte voor methodologische discussie. De conclusie die onderzoeksleider prof. Nullens trok: De Nederlandse bevolking is momenteel niet wanhopig, maar ook niet bijzonder hoopvol. Met een 5,57 scoort Nederland nog maar net een voldoende in de Hoopbarometer. Hoewel Nederlanders redelijk hoopvol lijken over hun eigen leven, blijken zij op sociaal en maatschappelijk vlak minder optimistisch. Bovendien ervaren juist kwetsbare groepen in de samenleving, zoals werklozen, mensen met een laag inkomen of degenen die zich geïsoleerd voelen, weinig hoop. Maar liefst 25 procent van de Nederlandse bevolking scoort een 4 of lager.’

Actie ondernemen
De vraag is hier of dit deel van de conclusie – kwetsbare mensen hebben minder hoop - zoveel wetenschappelijk onderzoek vergt als evidentie en common sense meer voor de hand liggen. Prof. Nullens is echter overtuigd van het nut van dit onderzoek: ‘Wie hoop en wanhoop in kaart kan brengen, krijgt daarmee inzicht in een van de belangrijkste vaardigheden en drijfveren van menselijk handelen, denken en voelen. Daarbij kan hoop een sterk tegenwicht bieden aan een cultuur van cynisme en maatschappelijke onvrede, waarin angst voor de toekomst en wat ons vreemd is, samen gaat met apathie en polarisatie. Hoop spoort ons aan om niet passief af te wachten, maar om actie te ondernemen.’
 

Impact

Voorzitter Piero Overmars vindt de lancering van de Hoop-barometer uitstekend passen bij de Goldschmeding Foundation: ‘Dit project laat goed zien wat wij willen bereiken. De Hoopbarometer heeft maatschappelijke impact, is wetenschappelijk onderbouwd en draagt bij aan verbetering.’
Dat de oprichter zelf gisteren niet aanwezig was bij de perspresentatie lijkt in lijn met zijn wens om zoveel mogelijk – letterlijk – buiten beeld te blijven. Dat Goldschmeding daarmee de kans onbenut laat om als rolmodel andere vermogenden te inspireren tot meer maatschappelijke vrijgevigheid – zoals De Dikke Blauwe eerder memoreerde - is de keerzijde van dit low profile-beleid, dat past in de Nederlandse geefcultuur, al dan niet religieus geïnspireerd door Mattheüs. Goed dus dat het bestuur van de Foundation kiest voor openheid over wat Goldschmedings filantropische lovebaby in elk geval concreet doet. Dat geeft scherpte aan het profiel van deze jonge, ambitieuze foundation die een aanwinst lijkt in het al zo rijkgeschakeerde Land van Goed Doen. Nu nog openheid over het jaarbudget. Misschien volgend jaar?
Het Bestuur van de Goldschmeding Foundation bestaat uit:
Piero Overmars (voorzitter) en Jan Peter Balkenende (tevens voorzitter curatorium).
Het Curatorium bestaat uit: Jan Peter Balkenende (voorzitter), Lans Bovenberg, Govert Buijs en Paul van Geest.
De Raad van Toezicht bestaat uit: Frits Goldschmeding, Jacques van den Broek, Kitty Roozemond en Herna Verhagen.
 
Meer informatie Goldschmeding Foundation: klik hier 
►Wilt u voortaan elke donderdagochtend het laatste nieuws, opinies en achtergronden over de wereld van doneren & sociaal investeren? Voor een geheel kosteloos abonnement op DDB Journaal: klik hier.
 
3/3