Eigen teleurstelling

Professionalisering van goede doelen organisaties en een groeiende maatschappelijke behoefte aan transparantie en inzicht gaan hand in hand.
Professionalisering van goede doelen organisaties en een groeiende maatschappelijke behoefte aan transparantie en inzicht gaan hand in hand.
14 december 2006

Hoe ver kun je en hoe ver moet je gaan als goede doelen organisaties om er achter te komen of datgene wat je doet er ook werkelijk tóe doet? Willen weten wat je bereikt is een uitgangspunt dat breed wordt onderschreven. Maar hoe meet je dat, welke beren kom je op je weg tegen, waar begint het en vooral: waar houdt het op?

Simpele vragen, maar de antwoorden zijn vele malen ingewikkelder. Het oorzakelijke verband tussen een activiteit van een organisatie en een maatschappelijk effect is bijvoorbeeld zo'n punt. Recent claimde een internationale milieuorganisatie dat zij de bescherming van een enorm tropisch regenwoud in Brazilië geregeld hadden. Gelooft u het? Zo simpel zit de wereld niet in elkaar.

Professionalisering van goede doelen organisaties en een groeiende maatschappelijke behoefte aan transparantie en inzicht gaan hand in hand. Er is sprake van een ontdekkingstocht, niet van een geplaveide weg. Ultieme antwoorden zijn er niet en het is de vraag of ze er ooit zullen komen.

Is het wetenschappelijk al de vraag of je ooit oorzaak en gevolg zo met elkaar in verband kunt brengen dat je impact van je activiteiten met recht en rede kunt claimen, dan is het ook nog eens de vraag of de kosten die je daarvoor moet maken tot het resultaat in verhouding staan. Onderzoekers moeten namelijk ook betaald worden en dat gebeurt uit diezelfde donaties die de gever schenkt ten behoeve van kinderen, dieren, ziektebestrijding en wat dies meer zij.

Vervolgens liggen al die rapporten op de bureaus en wat dan?

Wat mij betreft loopt de behoefte aan transparantie het risico door te schieten. Het ligt in de tijdgeest dat mensen zich eerst en vooral als kopers gedragen: krijg ik waar voor mijn geld? Maar ook het laatste donateurpanel laat weer zien dat geefgedrag nog steeds ook heel sterkte altruïstische motivactoren kent. Medemogelijkmaker is dan een betere term voor de gemiddelde donateur, die vooral vanuit gevoel geeft en zich een hoedje zou schrikken als hij wist hoeveel van zijn geld er besteed wordt aan het produceren van metershoge evaluatierapporten.

Voor goede doelen organisaties is het een opgave en opdracht om veel beter te worden in het meten van effectiviteit en efficiëntie. Het is een essentiële voorwaarde om het geschonken geld zo goed mogelijk aan het doel waarvoor het gegeven werd, te besteden. Maar het is ook een opgave om de verwachtingen bij henzelf, bij de media en bij het publiek binnen grenzen van redelijkheid te houden. Anders organiseren zij niet alleen hun eigen teleurstelling, maar ook die van de gevers.