Wiebes schuift evaluatie giftenaftrek (opnieuw) door

16 september 2016
Nieuws | | Tax & Legal

Begin deze maand is het Utrechtse onderzoeksbureau Dialogic gestart met een evaluatie van de giftenaftrek en intern evalueert de Belastingdienst de uitvoeringsaspecten van de giftenaftrek, aspecten van de Geefwet en de praktijk rondom ANBI’s en SBBI’s. Pas begin 2017 komt staatssecretaris Wiebes van Financien met de gezamenlijke uitkomsten daarvan naar de Tweede Kamer. Goede Doelen Nederland verwacht op korte termijn geen bijzondere maatregelen of aanpassingen in de regels voor de giftenaftrek. Eerder werd bekend dat een mogelijke afschaffing van de giftenaftrek onderdeel is van een adviespakket voor een nieuwe kabinetsperiode.
 
In de brief van Wiebes van 9 september reageert hij op vragen van de Vaste commissie voor Financiën over de evaluatie van ANBI’s en SBBI’s. Grote kritiek is er vanuit de commissie omdat het dossier zich al jaren voortsleept. In de Miljoenennota van vorig jaar is gemeld dat de evaluatie van de giftenaftrek die oorspronkelijk gepland stond voor 2014, dit jaar (2016) uitgevoerd zou worden. Er is echter meer onderzoek nodig, meent Wiebes. Het gaat hierbij om een algemene evaluatie van de giftenaftrek, die is aanbesteed aan het Utrechtse bureau Dialogic, dat op 1 september startte met het onderzoek dat tot december zal duren. Daarnaast is er een uitgebreide interne evaluatie van de Belastingdienst naar de uitvoeringsaspecten van de giftenaftrek.
 
De centrale onderzoeksvraag is volgens Wiebes nu als volgt omschreven: 'Is de ANBI/SBBI-regeling doeltreffend en doelmatig? 'Doeltreffend betekent hier dat het doel bereikt wordt dat instellingen die het algemeen nut beogen dan wel een sociaal belang behartigen daadwerkelijk als zodanig erkend worden en, omgekeerd, dat instellingen die dat niet doen niet voor een dergelijke status in aanmerking komen. Doelmatig houdt in dat dit doel bereikt wordt tegen aanvaardbare kosten', aldus Wiebes' kamerbiref.
 
De centrale onderzoeksvraag valt uiteen in verschillende deelvragen. Het betreft vragen over de ontwikkeling van het aantal ANBI’s gedurende de afgelopen jaren, juridische aspecten (de ontwikkelingen in de jurisprudentie, de vraag of er sprake is van overregulering), de praktijk van het beoordelen (inrichting werkprocessen, uitvoeringsproblematiek), uitvoeringskosten en administratieve lasten (bij Belastingdienst, maar ook bij de instellingen) en specifieke vragen naar knelpunten en bijzonderheden.
 
Wiebes: 'Mijn voornemen is –gelet op de inhoudelijke verwevenheid– het evaluatierapport over de praktijk rondom ANBI’s en SBBI’s gelijktijdig met het evaluatierapport over de giftenaftrek, inclusief uitvoeringsaspecten, naar de Tweede Kamer sturen zodat de uitkomsten van deze evaluaties in samenhang besproken kunnen worden. Ik verwacht de Tweede Kamer daarom niet eerder dan begin 2017 te kunnen informeren over de uitkomsten van de evaluatie van ANBI’s en SBBI’s. Een versnelling van dit evaluatieonderzoek waar de commissie om heeft gevraagd is, mede ook gelet op de complexiteit van het onderwerp, niet realistisch en kan ik de Kamer daarom niet toezeggen.'