Vreemdgaan

16 maart 2006
Opinie | | Governance & Finance

De vakbladen staan vol met hun advertenties en als je tegenwoordig de congressen en cursussen afloopt kom je ze tegen: de mannen (en vrouwen) in krijtstreeppakken. De private bankers zijn er legio. Graag willen ze uw vermogen beheren, en als ze het niet mogen beheren dan willen ze het wel administreren. Bestuurders en directies van stichtingen praten vriendelijk met hen, soms mogen ze meedoen aan een beauty-contest. Spiegeltje, spiegeltje aan de wand, kijk eens hoe transparant! Maar hoe creëer je nu meer vermogen?

In Bloomberg stond in het afgelopen najaar een overzicht van de 25 grootste Universiteitsfondsen en hun behaalde rendementen. Harvard heeft het grootste belegd vermogen ($ 25,9 miljard) en behaalde daarop een rendement van 19,2%.Yale spande de kroon met een rendementspercentage van 22,3%. De gemiddelde groei bedroeg 15%, het jaar ervoor was dat 17,6%. Dit doen ze al jaren, en ook in de mindere jaren wisten ze positief te scoren. En dit alles met keurig afgedekte risico’s: “Haute Finance”.

Wat is het gemiddelde rendement van de gezamenlijke fondsen in Nederland? Wordt daar eigenlijk onderzoek naar gedaan? De nieuwe jaarrekeningen zijn binnenkort weer klaar. Ik denk dat dit niet veel meer dan een derde zal zijn van het voorbeeld wat ik zojuist gaf. Als we daarnaast de gederfde besparingen op kosten (managementfee, transactiekosten) op 1,5% per jaar stellen: tel uit uw gemiste bijdrage aan Goede Doelen! Zonder de bestuurders en directies te willen beschuldigen van diefstal, ze verrijken zich er zelf immers niet mee, praten we hier toch over significante gederfde inkomsten en teveel aan kosten.

“Schaalgrootte” is hier het sleutelwoord!
 
Waarom in hemelsnaam worden er in Nederland niet een beperkt aantal vermogens-pooling constructies (nee, géén paraplufondsen!) middels stapeling opgezet die deze schaalgrootte kunnen bewerkstelligen? En ja, ik hoor de tegenargumenten nu al: zeggenschap, risico, verschillende doelstellingen, uitstootpatronen en ook (minder hardop) ego’s. Maar dit is allemaal op te lossen, alles kun je in rekenmodellen stoppen. En eventuele ego’s kunnen zelfs nog meer worden opgepoetst. Gewoon durven samenwerken met concullega stichtingen. En wat mij betreft mogen de banken hun gederfde inkomsten terugverdienen met aardige no cure no pay succes-fee’s.

Welke banken gaan een mooi rekenmodel maken en welke fondsen durven samen te werken?

De ervaren ondernemer Zeeman van Zeeman Textiel zei in begin 2000 bij zijn afscheid: “van drie dingen moet je in je leven niet veranderen: je vrouw, je accountant en je bank”. Ik denk echter dat stichtingen collectief vreemd moeten gaan, financieel gezien dan.
 
Lucas Hendricks is director Stichting Campagne voor Leiden: Projectfinanciering Universiteit Leiden