Solidariteit. Niet.

22 juni 2016
Opinie | | Loterijen

Het Loterij-dossier blijft de gemoederen bezighouden. De reden daarvoor is simpel: het gaat om veel geld. Héél véél geld voor het goede doel. En voor de vergunninghouders.
Nu het huidige restrictieve systeem is opengebroken door de Ksa, openbaart zich een diepe breuklijn in onze sector. Dezer weken wordt in volle omvang duidelijk hoezeer het systeem van een beperkt aantal vergunninghouders en dito aantal beneficianten de onderlinge solidariteit heeft aangevreten. Dat is niet per se de 'schuld' van de huidige goede doelenloterijen of hun beneficianten. Eerder een gevolg van een systeem waarin weliswaar een 50%-afdracht aan goede doelen vooralsnog verplicht is (publiek), maar de vergunninghouder (privaat) mag uitmaken welke goede doelen er wel en niet mogen meedelen in de loterijopbrengsten. Dat is het voorrecht van een private partij en het weerspiegelt in essentie de werking van filantropie: met 'eigen' geld de wereld verbeteren zoals jij denkt dat goed is. Maar daar wringt de vergelijking met 'filantropie' al wel in het schemergebied tussen regulerende overheid en het private initiatief. Dat 'eigen geld' wordt verdiend in een door de overheid tot voor kort afgeschermde markt. En dan geen afscherming op gebruikelijke voorwaarden die te maken hebben met fiscaliteiten of strafrecht, maar een expliciete beperking van het aantal vergunninghouders. Hierdoor werd de monopoliepositie van de huidige vergunninghouders enorm versterkt. Is het gek dat goede doelen die jarenlang vergeefs geprobeerd hebben om beneficiant te worden, nu hun kans schoon zien om bij de (toekomstige) concurrent wél gehoor te vinden?
Kandidaat-vergunninghouder Lottovate moet haar toekomstige beneficianten nu al op een wachtlijst zetten. En bij Lottovate zal het niet blijven nu de Ksa ook uit overtuiging af wil van een restrictief systeem. Vice-voorzitter Henk Kesler van Ksa in NRC: 'Volgens de rechtbank hebben wij en het ministerie niet duidelijk gemaakt waarom er nou vier vergunningen zouden mogen zijn en niet vijf, zes of drie. Dat is eigenlijk ook een duivels lastige redenering om op te hangen.'
Daarmee is het hek van de dam en de vinger uit de dijk. En staan de huidige beneficianten met hun loterijen alleen in hun lobby richting overheid. Dat mooie en unieke systeem van verdeling van loterijgelden voor Nederlands nonprofits, waarop de huidige lobby zo luid tamboereert, is een systeem dat door de niet-beneficianten al jarenlang geleden in de prullenbak mocht verdwijnen. Te zeggen dat deze wens alleen uit rancune voortkomt, doet geen recht aan de discussie over de grondslagen van het systeem zelf. Het lontje werd door nieuwe aanbieders aangestoken, maar het kruitvat wordt nu met hulp vanbinnenuit opgeblazen.
 

Lees hier het hoofdredactionele commentaar 'De boter-factor': klik hier