Ondertekening convenant maakt tongen los

30 juni 2011
Nieuws | | Validatie & Toezicht

AMSTELVEEN (30 juni) - Na ondertekening van het convenant vorige week kwamen de reacties uit het maatschappelijk middenveld al snel los. Hieronder volgt een greep uit de bevindingen van spelers in de sector. Niet iedereen staat te juichen.


Michael Rutgers, directeur Astma Fonds:

"De totstandkoming van dit convenant verdient geen schoonheidsprijs. Daarnaast heb ik er moeite mee dat het is ondertekend door een kabinet dat veel van het maatschappelijk middenveld wegbezuinigt. Tegelijkertijd is het wel een erkenning van de sector. Dit is de kans om onze sector te versterken. Op financieel-technisch gebied, maar vooral inhoudelijk."


Marijke van Eck, directeur De Zonnebloem:

"Het is goed dat er een convenant gesloten is. Het geeft aan dat de overheid erkenning heeft voor het maatschappelijk belang van de filantropische sector. Realiteit is dat we de komende jaren te maken krijgen met een terugtredende overheid en dus is samenwerking heel belangrijk. Kijk, de Zonnebloemvrijwilligers blijven zich inzetten voor mensen met een fysieke beperking, we blijven hen dat sociale netwerk bieden. Daar kan de overheid op rekenen. Tegelijkertijd zeg ik wel: beste overheid, neem het geven van tijd en geld van je burgers serieus en faciliteer dat."


Gerard Dielessen, algemeen directeur NOC*NSF:

"Het is voor NOC*NSF onbegrijpelijk dat er in het geheel niet met de sportsector is gesproken. Omdat we een verenigingsstructuur hebben, kunnen we afspraken maken over kwaliteit en veiligheid. Zonder die structuur kan dat niet, daarom is het ook zo vreemd dat dit ons in de weg zit om als Algemeen Nut Beogend erkend te worden. De sport rest nu slechts de magere SBBI status en daarmee dreigt de definitieve uitsluiting uit de filantropiesector. Wij pleiten dan ook voor betrokkenheid van de sport bij de inrichting van de Geefwet, voor het te laat is. We willen dat de sportsector een financieel onafhankelijke en florerende sector blijft, die zijn maatschappelijke taken kan blijven vervullen."


Fons van Rooij, vicevoorzitter IF:

"De overwegend positieve reacties die ik heb ontvangen na ondertekening van het convenant bevestigen bij mij het beeld dat de sector zich meer dan ooit bewust is van de noodzaak collectief door te pakken op onderwerpen als transparantie, impact en public relations."


"Over de kritiek op het convenant: Ik hoop zo dat de goede doelen die het moment van ondertekening, ten tijde van de grootste bezuinigingen in jaren, erg ongelukkig vonden, de meerwaarde ervan op de lange termijn zullen onderkennen. Het huidige historisch lage vertrouwen dat mensen hebben in de goede doelensector zou anders op termijn wel eens veel meer schade aan kunnen richten."


"Ongeacht welk kabinet er zou hebben gezeten, de pijn van de bezuinigingen zou sowieso voelbaar zijn geworden, omdat geen enkele regering was ontkomen aan draconische bezuinigingen. Iedereen die wordt geraakt door bezuinigingen schreeuwt nu professioneel moord en brand en vraagt om een uitzonderingspositie. Met als gevolg dat niemand wordt gehonoreerd. Laten we onze energie alsjeblieft stoppen in een veel grotere effectiviteit van het ons toevertrouwde geld. Een goed en doelmatig georganiseerde sector zal het vertrouwen van overheid en publiek beslist vertalen in een groter en betrokken draagvlak en dientengevolge meer financiële armslag."


Steven van Eijck, onafhankelijk voorzitter van de SBF:

"De nieuwe samenwerking stelt eisen aan onze eigen organisatie. De SBF moet zich ontwikkelen tot een krachtige, betrouwbare en gezaghebbende gesprekspartner voor de overheid en daar ligt beslist een uitdaging. De SBF dekt op dit moment naar schatting zo'n 60 procent van de sector. Dat percentage moet omhoog."


Bart Hartman (Nationale Goede Doelen Test en Keurmerk Goede Doelen):

"Heel goed dat er een afspraak is gemaakt om te komen tot een moderne opzet voor toezicht en verantwoording! Maar het tijdspad had wel wat ambitieuzer gemogen, mede vanwege het feit dat er de afgelopen jaren al veel denkwerk is verricht en gedachtewisselingen hebben plaatsgevonden. Ik wil ervoor pleiten dat als eerste stap die Justitie, Financiën en de SBF gaan zetten ze een bijeenkomst organiseren met alle betrokkenen, waaronder de Stichting Keurmerk Goede Doelen, om te inventariseren wat al is bedacht en om te brainstormen over wat de belangrijkste elementen zijn van modern toezicht en verantwoording."