Ars longa, vita brevis

5 april 2012
Opinie | | Filantropen

The devil is in the details. NRC Handelsblad is in haar commentaar van afgelopen dinsdag blij met het behoud van de kunstcollectie van Dirk Scheringa. De nieuwe mecenas heet Hans Melchers, een gefortuneerde zakenman die het grootste deel van Scheringa’s collectie wil onderbrengen in een nieuw te bouwen museum. Tot zover het goede nieuws volgens NRC. Een punt van kritiek is er ook. Melchers heeft zijn dochter benoemd tot nieuwe directeur. NRC: “Een kunstcollectie is geen doorsneebezit…het schept verantwoordelijkheden. De reputatie van een museum kan worden geschaad als de directeur er niet zit om haar passie of staat van dienst, maar wegens familiebanden.” Wat we hier horen is de kosmische achtergrondruis van een halve eeuw staatsgefinancierde cultuur: kunst die door ‘ons’ betaald is, is ook ‘van ons’. Maar deze kunst is niet van ons. Die is van Hans Melchers, die er dertig miljoen euro voor betaald heeft. Het staat Melchers vrij om alle schilderijen ondersteboven in een vochtige paardenstal op te hangen. Of om zijn dementerende vader er alle zeggenschap over te geven. Melchers doet dat allemaal niet: hij bouwt zonder subsidie een heel nieuw museum, stelt de collectie open voor het publiek en benoemt een gepromoveerde kunsthistorica tot directeur. Zijn dochter ja. Mag ‘t? Nu de overheid zich terugtrekt als financier van de schone kunsten, moet het particuliere initiatief weer ruim baan krijgen. De cultuur moet weer ‘haar eigen broek ophouden’. Als kunst voor de burgers is, moeten die burgers het ook maar uit eigen zak betalen. Maar, als het aan NRC ligt, moeten ze zich dan wel graag gedragen als de staatsgesubsidieerde non profits uit de ten grave gedragen verzorgingsstaat.