ZOG wil CBF-keur niet meer

22 februari 2007
Nieuws | | Validatie & Toezicht

Het is een unicum in de geschiedenis van het CBF-keur: een organisatie die het keurmerk niet meer wil. Onlangs maakte de internationale interkerkelijke hulporganisatie Zending over Grenzen bekend het keurmerk terug te geven. Reden: de baten wegen niet op tegen de kosten en de inhoud van het keurmerk sluit onvoldoende aan bij de publieke perceptie ervan. FM belde met directeur Henk Koppelaar voor een toelichting. "Het was wachten op een fonds dat de moed kon opbrengen om deze stap te nemen."


Waarom heeft u besloten het CBF-keurmerk van Zending over Grenzen niet te verlengen?



Koppelaar: "Dat is niet mijn besluit geweest, maar een besluit van het bestuur. Er heeft de afgelopen jaren een stevige discussie gewoed over het keurmerk. Het algemene gevoel in het bestuur was dat de baten van het keurmerk niet opwegen tegen de kosten die door de organisatie moeten worden gemaakt om het keurmerk te krijgen en behouden. Mensen denken doorgaans dat een CBF-keurmerk wel niet meer dan duizend euro zal kosten. Niets is minder waar: Zending over Grenzen heeft in kaart gebracht dat het 34.000 euro kost om aan het keurmerk te kunnen voldoen. Dat is een aanzienlijk bedrag."



Daar staat een positief en betrouwbaar effect tegenover naar (potentiële) donateurs, met alle mogelijke positieve fondsenwervingseffecten.



Koppelaar: "Klopt. In gesprekken met sponsors en donateurs blijkt ook vaak dat men het keurmerk op prijs stelt. Maar wat het keurmerk organisaties nu echt oplevert blijft vaag. Het CBF-keur is in zekere zin ook cru. Het biedt een grote mate van schijnzekerheid. In de publieke perceptie betekent het keur: deze organisatie doet het goed. De realiteit is dat men alleen toetst op een aantal financiële parameters. Het keurmerk zegt niets over bestedingen. Een willekeurige organisatie die na de tsunami 75% van haar geld in Sri Lanka in vissersbootjes heeft gestopt, voldoet keurig aan de normen van het keurmerk. Het kan ondertussen best zo zijn dat de boten niet bruikbaar zijn. Over de efficiency, een voor donateurs toch erg belangrijk aspect van internationale hulp, buigt het CBF zich niet."



Bent u het als directeur eens met de beslissing van het bestuur?



Koppelaar: "Ik heb er een beetje een dubbel gevoel bij. Je weet niet wat op de middellange en lange termijn het effect zal zijn. Voor de argumentatie van het bestuur kan ik wel begrip opbrengen. Er moeten heel veel donateurs worden aangetrokken om het keurmerk überhaupt te kunnen bekostigen. Het bestuur acht dat niet verantwoord. Daarnaast heeft het CBF een monopoliepositie en kan op eigen initiatief steeds meer regelgeving opleggen. Het is niet onze voornaamste motivatie geweest, maar het was wachten op een fonds dat de moed kon opbrengen om deze stap te nemen."



Zie voor meer informatie deze bestuursmededeling op de site van Zending over Grenzen. Op deze pagina staat ook een FAQ met financiële onderbouwing.