Van Gendt: Ook in OS zijn fondsen een game changer geworden

3 januari 2017
Nieuws | | Ontwikkelings samenwerking

‘Het gaat bij fondsen niet alleen om geld, maar vaker om het bedenken van oplossingen voor problemen in de samenleving. Ze willen het verschil maken.’ Dit is een van de uitspraken van Rien van Gendt in een interview met Vice Versa, het vakblad over ontwikkelingssamenwerking. Filantropie wordt volgens Van Gendt in toenemende mate op een strategische manier ingezet.
 
Filantropische fondsen worden volgens Vice Versa steeds belangrijker binnen de wereld van de mondiale samenwerking – ook ontwikkelingsorganisaties weten hen vaker te vinden. Van Gendt maakt in het interview duidelijk dat organisaties die denken bij fondsen aan te kloppen voor louter financiering van een panklaar plan, het wezen van filantropie niet te onderkennen.

Verdiep je in de missie

Van Gendt: ‘Níet al een geheel plan uitwerken, met een lintje eromheen, en alleen nog een financier zoeken. Het werkt niet als je dat op het bureau bij een stichting legt, en zeg je: ‘Wilt u dit bekostigen?’ Je moet je verdiepen in de missie van een stichting: niet een voorstel bij Adessium indienen, terwijl je haar DNA niet kent. Ik voer weleens gesprekken met organisaties die mij om advies vragen en dezelfde brief wilden sturen aan tien of twintig fondsen. Wat je wèl moet doen is de pendant daarvan, het zoeken naar een echt partnerschap, waarbij het om meer gaat dan alleen de financiën, waarbij je ook de inhoud bespreekt en gezamenlijke doelen stelt. Je kunt beter op één pagina een bondige samenvatting schrijven, waarin je ook duidelijk maakt waarom het idee volgens jou aansluit bij de missie van de betreffende stichting. Kijk eveneens of een fonds alleen maar subsidieert of ook bereid is sociale investeringen te doen. Je moet weten wie je tegenover je hebt. En dat is vaak níet zo.’

Niet alleen een cheque uitschrijven

Van Gendt schetst de ontwikkeling waarbij filantropie niet meer alleen om ‘liefdadigheid’ draait, maar ook – en in toenemende mate - strategisch wordt ingezet. Van Gendt: ‘Vroeger werden familiestichtingen pas opgericht na het overlijden van iemand. Dan werd het testament geopend en bleek dat een deel van de erfenis daarvoor was bestemd. Nu is dat anders: zeker de helft van de stichtingen wordt opgericht terwijl de initiatiefnemer nog in leven is. Dat wil zeggen dat de mensen die dat doen ook echt erbij betrokken zijn. Ze hebben dat geld verdiend en willen dat nu ook besteden aan filantropie. Ze hebben daar ideeën over, zijn geëngageerd en willen niet alleen een cheque uitschrijven. Het zijn vaak ondernemers die hun geld op een ondernemende manier hebben verdiend en willen het ook op die wijze uitgeven. Ze zijn gericht op invloed en effectiviteit.’

Fondsen zijn game changers geworden

De terugtrekkende overheid zorgt volgens Van Gendt nog voor een andere ontwikkeling: Den Haag kijkt steeds meer naar het maatschappelijk middenveld en de stichtingen om met oplossingen te komen waartoe zij zelf niet meer in staat is. Van Gendt: ‘Dat betekent dat filantropische organisaties steeds minder de wereld van kleine donaties worden ingetrokken, maar steeds meer in die van de grotere, vaak mondiale thema’s. Dan gaat het om de vluchtelingencrisis of de wereldwijd afnemende ruimte voor maatschappelijke organisaties, waarbij je echt moet kijken naar de diepste oorzaken en naar strategieën die werken. Het gaat bij stichtingen dus niet alleen om geld, maar veel meer om het bedenken van oplossingen voor problemen in de samenleving. Ze zijn game changers geworden, willen het verschil maken.’
 
►Bron: Vice Versa
►Wilt u voortaan elke donderdagochtend het laatste nieuws, opinies en achtergronden over de wereld van doneren & sociaal investeren? Voor een geheel kosteloos abonnement op DDB Journaal: klik hier.