'Systeemverandering krijg je alleen wanneer filantropen samenwerken'

Kurt Peleman: 'Het heeft geen zin dat al die spelers naast elkaar hun ding doen.'
Kurt Peleman: 'Het heeft geen zin dat al die spelers naast elkaar hun ding doen.'
16 april 2018
Nieuws | | Filantropen

In zijn eigen land België is hij een onbekende, maar de Vlaamse econoom Kurt Peleman (51) dwingt wereldwijd respect af. Peleman beheert een fonds van vijfhonderd miljoen dollar, uit de vermogens van de rijksten der aarde. Zijn doel: middelen voor filantropie efficiënter besteden, om de levens van miljoenen beter te maken.
 
Peleman werkte bij Artsen Zonder Grenzen (AZG) en maakte na tien jaar in 2001 de oversteek naar de kant van het geld: hij werd filantropieconsulent. ‘Minder spannend dan in oorlogsgebieden werken, maar als econoom heb ik zo meer impact’, zegt Peleman in een interview met De Standaard. ‘Er wordt ontzettend veel geld gedoneerd - honderden miljarden per jaar - maar dat gebeurt weinig doordacht. Als mensen een auto kopen, lopen ze zeven garages af. Als ze een deel van hun vermogen wegschenken, doen ze dat op een verrassend amateuristische manier. Zeker toen ik begon, ruim vijftien jaar geleden, was het eerder wegsmijten dan weggeven: vanuit de buik, versplinterd, op korte termijn en met weinig aandacht voor omkadering. Vreemd, omdat het doorgaans de meest persoonlijke investeringskeuzes zijn die mensen in hun leven maken. Ik zag een enorme nood om dat te professionaliseren.’
 
Systeemverandering
Twee jaar geleden was hij een van de initiatiefnemers van Co-Impact, een samenwerkingsinitiatief voor filantropen dat giften bundelt tot een fonds van vijfhonderd miljoen dollar. ‘We focussen op een tiental projecten in het Zuiden. Door daar telkens veertig à vijftig miljoen in te pompen, zet je er een hefboom onder. Zo krijg je systeemverandering. Het doel is ambitieus: we willen het leven van miljoenen mensen beter maken.’ Systeemverandering, zegt Peleman, krijg je alleen wanneer filantropen samenwerken. ‘Niet alleen door hun geld, maar ook hun kennis en netwerk te bundelen. Tegelijk willen we de krachten bundelen met overheden, private en sociale investeerders. Het heeft geen zin dat al die spelers naast elkaar hun ding doen. De klok tikt.’
 
‘Het is boosheid die ons drijft’
‘We werken in deze sector niet vanuit een softe goedheid. Het is boosheid die ons drijft. Verontwaardiging. Door er dieper en langer in te zitten vraag je je nog méér af: hoe is het in godsnaam allemaal mogelijk?’ En iets teruggeven aan de maatschappij vindt Peleman verre van wollig. ‘Het is een mooie drijfveer. Mensen willen oprecht stappen vooruitzetten. Gisteren had ik nog een gesprek met iemand die op zijn 55ste besefte dat hij veel geld had verdiend, maar nog maar weinig schoonheid in de wereld had gecreëerd. Maar de meeste filantropen zijn volstrekt in het reine met hoe ze hun vermogen hebben verdiend.’
 
Geen rolmodellen
Net als in Nederland zijn ook in België niet veel rolmodellen ‘Er is weinig traditie bij ondernemers en vermogende families om structureel te doneren wanneer ze cashen. Maar dat betekent niet dat Belgen minder vrijgevig zijn. Er wordt best wat gegeven, maar er hangt een zweem van discretie rond. Het is iets wat de familie zelf wil organiseren. Zonde, want daardoor is de hefboom voor verandering kleiner. Een paar rolmodellen volstaan om die bal aan het rollen te krijgen.’
 
Klik hier voor het volledige interview.