Sportsector laat filantropisch geld lopen

25 oktober 2007
Nieuws | | Wetenschap & Onderzoek

AMSTELVEEN (25 oktober) - De sportsector kan miljoenen ophalen bij particulieren, maar doet dit niet. De organisatie is vaak niet ingericht op het vragen te geven. Fondsen op naam zouden uitkomst kunnen bieden, aldus Marlo de Kat in haar afstudeerscriptie "Ego's voor de sport."


Wij Nederlanders zijn nog nooit zo rijk geweest als nu. De vergrijzing neemt toe, het particuliere initiatief bloeit en rijkdom mag weer worden getoond. Wat Marlo de Kat (zie foto) betreft is het klimaat voor het als sportsector benaderen van potentiële gevers dan ook ideaal.

 


Zelf komen gevers nog niet op het idee om te geven aan de sport. Het heeft alles te maken met het feit dat de sport zich nog vooral richt op subsidies, constateert De Kat. Onverstandig, want de overheid beknibbelt in dit opzicht de laatste jaren steeds vaker. Een ander probleem zit in de organisatie. Sportfondsen op naam bestaan niet, omdat een beheerorganisatie ontbreekt en particulieren niet gevraagd wordt te geven.

 


Actie ondernemen is ook nodig omdat de inkomsten van de sport teruglopen, van bijna een miljard in 2003 naar 686 miljoen euro in 2005. Met name het bedrijfsleven - voor 80% financier van de sport - geeft minder. Met particuliere giften kan de weg opwaarts weer worden gevonden.

 


De Kat adviseert sportorganisaties de fondsen op naam onder de aandacht te brengen van potentiële gevers. Daar moet de organisaties dan wel op worden aangepast, schrijft zij in "Ego's voor de sport". De scriptie is geschreven als afsluiter van de studie Sportmanagement (MBA) van Marlo de Kat. Diverse deskundigen uit sport, filantropie en vermogensbeheer hebben hun medewerking verleend.