Happy start-ups: het rendement van geluk

Happy start-ups: het rendement van geluk
Happy start-ups: het rendement van geluk
20 april 2016

Er is een revolutie gaande in het bedrijfsleven, waarbij niet de winst maar de maatschappelijke betekenis van de onderneming vooropstaat. Tegenlicht maakte een uitzending over deze nieuwe betekenis-economie die sinds de crisis in 2008 op ‘happy start-ups’ draait en het zaaien van geluk. Hoe kan een bedrijf dat veroorzaken en wat is daarvan weer het rendement?
 
Uit onderzoek van de Britse econoom Richard Layard blijkt dat sinds de Tweede Wereldoorlog mensen twaalf keer zo rijk zijn maar niet gelukkiger, misschien zelfs ongelukkiger. Onze samenleving is doordrenkt van rendementsdenken. De vraag is wat er gebeurt als werken en samenleven op andere waarden worden gebaseerd dan op cijfermatig rendement en persoonlijk voordeel; als verbondenheid en gelijkheid worden versterkt en hebzucht, individualisme en respectloosheid de kop kunnen worden in gedrukt. Hoe kun je welzijn en geluk veroorzaken, en wat is daar dan weer het rendement van? Dat is precies wat ‘happiness economics’ wil aantonen.
 
Betekenis voor samenleving
Hoe stel je niet de winst van een onderneming centraal maar juist de betekenis voor de samenleving, de arbeiders en de lokale omgeving? De Amerikaanse entrepreneur en futurist Aaron Hurst kondigde met de term ‘purpose economy’ een nieuwe revolutie aan binnen het bedrijfsleven; de zoektocht naar de betekenis van een bedrijf. Grondlegger van dit ondernemingsprincipe is het in New York gevestigde bedrijf Greyston Bakery. Zij bakken brownies voor Ben & Jerry’s. Hun werknemers zijn voormalige dealers, daklozen en prostituees uit de verpauperde omgeving, die zo de kans krijgen een nieuw leven op te bouwen. Hun credo is: ‘We don’t hire people to bake brownies, we bake brownies to hire people’.
 
Betekenis gevende startups
Het starten van ondernemingen vanuit betekenisgeving neemt na de crisis van 2008 een vlucht. Uit research van Deloitte blijkt dat 66 procent van de jongeren hun keuze voor een werkgever voor een groot deel baseren op diens betekenisgeving.

(Bron: Tegenlicht)