Jos Zwartjes:'Niveau vertrouwen is goed, maar ontwikkeling is niet goed.'

14 december 2005
Nieuws | | Validatie & Toezicht

Als hij de onderzoeksconclusies had kunnen bestellen, was er wat CBF-directeur Jos Zwartjes waarschijnlijk hetzelfde resultaat uit het onderzoek naar het publieksvertrouwen in de goede doelen gerold. Zowel de goede doelen als het CBF-Keurmerk lijken namelijk het volste vertrouwen van het publiek te genieten, zeker in vergelijking met bijvoorbeeld de overheid en de media. Maar is het wel alles goud wat er blinkt? 'Het niveau van het vertrouwen is goed, de ontwikkeling is niet goed.'

 

De conclusies zijn op het eerste gezicht fraai. Het vertrouwen in kleine goede doelen is met 76% fors. Ook de grote goede doelen doen het met 72% goed. Beter nog dan bijvoorbeeld de media (67%), kerken (60%), accountants (59%), en de overheid (49%). Een leuke opsteker voor het CBF is bovendien het feit dat het vertrouwen in het CBF-Keur met 77% eveneens aan de hoge kant is. 'En toch is het echt een onafhankelijk onderzoek,' lacht CBF-directeur Jos Zwartjes.

 

Reden om naar aanleiding van het rapport ongegeneerd de vlag uit te steken is er overigens niet, vindt Zwartjes. Want op de vraag of het vertrouwen in de goede doelen het afgelopen jaar minder is geworden, antwoordde 39% van de respondenten bevestigend. 'Eigenlijk is het nogal paradoxaal. Het niveau van het vertrouwen in de goede doelen is goed, maar de ontwikkeling is niet goed. Misschien heeft het iets te maken met de tijdgeest. Het negativisme overheerst. Wellicht springen de goede doelen er positief uit omdat zij het ten minste goed bedoelen. Bij de overheid en de accountancy wordt aan die goede intenties na alle schandalen door de burger nogal getwijfeld.'

 

Wat voor conclusies verbind het CBF aan de uitkomsten van het onderzoek? Zwartjes: 'Voor een deel bevestigt het onderzoek wat we eigenlijk al wisten. Als ik het op het CBF betrek: door onze contacten met individuen hadden we al het gevoel dat ons werk gewaardeerd werd. Dat staat nu zwart op wit. Opvallend is wel dat een grote middengroep eigenlijk betrekkelijk neutraal staat tegenover de goede doelen. Zij geven gewoon en gaan ervan uit dat instanties als het CBF en de Donateursverenging de goede doelen wel op de vingers kijken. Het gebrek aan een eigen mening vult men op met deze autoriteiten. Komende donderdag tijdens de presentatie van het rapport, zal ik de sector dan ook een welgemeend advies voorhouden: steek nog meer energie in goede communicatie, mede om deze groep te bereiken. Maar waak ervoor belerend te zijn.'  (H.H.)