Het gaat veel beter met de wereld dan we denken

Negen op de tien kinderen in de wereld gaat naar de basisschool.
Negen op de tien kinderen in de wereld gaat naar de basisschool.
10 september 2018
Nieuws | | Organisatienieuws

Ontwikkelingsorganisaties laten te weinig zien wat ze met hun projecten bereiken. Daardoor hebben veel Nederlanders geen idee van de vooruitgang in ontwikkelingslanden, zegt mediaonderzoeker Mirjam Vossen. Ze vertelt hoe volgens haar particuliere initiatieven kunnen helpen om dat beeld te veranderen.

“Meer dan de helft van de wereldbevolking woont vandaag in ontwikkelingslanden. En Nederlanders weten er vreselijk weinig van. Vraag het maar eens aan de borreltafel: is de extreme armoede de afgelopen decennia gedaald of juist gestegen? Hoeveel kinderen in de wereld gaan intussen naar de basisschool? En hoe zit het met de levensverwachting in Afrika?

De doorsnee Nederlander heeft geen idee. De extreme armoede is fors gedaald, maar 86 % van de mensen weet dat niet, zo blijkt uit onderzoek van Motivaction en World’s Best News. Vrijwel niemand in Nederland weet dat intussen negen van de tien kinderen in de wereld naar de basisschool gaat. En 76 % van de Nederlanders weet niet dat mensen in ontwikkelingslanden gezonder zijn dan tien jaar geleden.

‘Mensen denken dat er niks verandert’
Het is een paradox: er is veel vooruitgang in ontwikkelingslanden – mede dankzij de inzet van ontwikkelingsorganisaties. Maar mensen denken dat er niets verandert – ondanks alle inspanningen. Dat zou ontwikkelingsorganisaties – inclusief particuliere initiatieven – aan het denken moeten zetten. Want mensen baseren hun beeld van ontwikkelingslanden voor een belangrijk deel op wat ze van deze organisaties horen, via campagnes, nieuwsbrieven en persoonlijke verhalen.

Beeldvorming
Hoe brengen ontwikkelingsorganisaties hun boodschap? Welk verhaal vertellen ze aan hun achterban over de situatie in ontwikkelingslanden? En welk beeld ontstaat er dan bij mensen? Voor mijn promotieonderzoek onderzocht ik de beeldvorming van publiekscampagnes van reguliere ontwikkelingsorganisaties. We zien daarin vooral verhalen die de nare gevolgen van armoede benadrukken: gebrek aan voedsel, vervuild water, onvoldoende medische zorg, onveiligheid. Wat ontwikkelingshulp heeft opgeleverd, dat brengen die campagnes nauwelijks in beeld: de nadruk ligt telkens op wat er nog móet gebeuren. Begrijpelijk, want daarmee werven organisaties fondsen. Maar ze bevestigen zo ook het beeld dat de ellende in ontwikkelingslanden eindeloos voortduurt. Ten onrechte.

Onze inzet doet ertoe
Particuliere initiatieven, met hun fijnmazige netwerk, kunnen veel doen om mensen in Nederland een ander verhaal over ontwikkelingslanden te vertellen. Door positieve verhalen te gebruiken die laten zien wat er met onze gezamenlijke inzet wordt bereikt. Door als hulpverlener op de achtergrond te blijven, en de personen om wie het gaat de hoofdrol te geven. Geen rol als slachtoffer, maar als mensen die met een duwtje in de rug op eigen benen kunnen staan. Zij zijn het levende bewijs dat onze inzet voor armoedebestrijding ertoe doet.”