Civil Society Congres 2006 Sessie C12: De levenscyclus van het goede doel

6 juli 2006
Nieuws | | De Dikke Blauwe


Sessieleiders: Hidde van Kersen (Waddenvereniging) en David Berg (Montagne Services) 

 


Een ambitieus onderwerp, en een sessie boordevol theorieën, modellen en citaten. Teveel van goede en daardoor onbevredigend.

 


Zie goed doel als een onderneming

Hidde van Kersen (directeur Waddenvereniging en David Berg (directeur Montagne Services), beiden regelmatige medewerkers aan Vaklbad Fondsenwerving, kénnen alle marketing-theorieën die van belang zijn voor filantropische instellingen. En ze leggen terecht de vinger op een zere plek: de klant (donateur) ziet een goed doel niet als onderneming en het goede doel ziet de donateur niet als klant. De verwachtingen tussen beide partijen zijn scheef gegroeid.

Van Kersen en Berg zijn zorgelijk over de toekomst van de filantropische geldstroom: straks zijn de gulle, kerkelijk georiënteerde ouderen er niet meer. Wie vormt dan de ruggegraat van onze sector? Tegelijkertijd wordt de markt overspoeld door nieuwkomers uit allerlei sectoren, die vroeger van subsidies afhankelijk waren.

Kortom: de traditionele gever sterft uit en er azen steeds meer partijen op hem.

 


Omgevallen boekenkast

Van Kersen en Berg benadrukken dat organisaties vooral als bedrijven moeten denken. En zich dus ook moeten realiseren dat een product wel eens zijn waarde kan hebben verloren. Nieuwe producten bedenken om de immer meer eisende klant te blijven boeien! Mooie voorbeeld: daarvan zijn bijvoorbeeld het KiKa Fonds van KWF Kankerbestrijding, het Kinderhartenfonds van de Hartstichting en de peuterclub van het Wereld Natuur Fonds. Les: doe het vooral zélf voordat een concurrent er met dat idee vandoor gaat.

De sessie zit vol zinnige tips en ongetwijfeld nuttige schema's en modellen. Maar de overkill is zo immens, dat de deelnemers met moeite kunnen aansluiten als een onderwerp ze aanspreekt.

Daardoor blijft de discussie te versnipperd en op een te laag niveau. ‘Onze marketing-kennis wordt schromelijk onderschat,' aldus een mopperende deelnemer.

Toch hebben Van Kersen en Berg wel degelijk de juiste zaken op een rijtje. Het is alleen een erg vol rijtje. Hun schema over de ontwikkelingsfasen van een organisatie (daar ging de sessie toch oorspronkelijk over?) is die van Greiner. En erg zinnig. Elke organisatie is een prooi van algemene wetmatigheden. Je kunt die maar beter kennen en er op anticiperen.

Helaas gaan de zinnige elementen van de sessie grotendeels ten onder in weer een nieuwe matrix van weer een beroemde marketing-goeroe.

De deelnemers hebben het gevoel dat ze een razendsnelle helikoptervlucht hebben gemaakt, waarbij er af en toe iets heel goeds voorbij komt.

Uit alle namen van deze omgevallen boekenkast nog één heel goede: het inspirerende marketingboek Good to Great van Jim Collins. Als iedere deelnemer dat boek leest, is deze sessie al meer dan geslaagd.