De cijfers achter de goed nieuws-show

De cijfers achter de goed nieuws-show
De cijfers achter de goed nieuws-show
15 augustus 2019
Opinie | | Goede doelen

De zomervakantie zit erop. Vanaf vandaag kunt u weer wekelijks op de vertrouwde donderdagochtend een DDB Journaal in uw mailbox ontvangen.

Elke branche heeft er recht op haar nieuws een beetje te ‘spinnen’. Dat geldt ook voor de goede doelen. Goede Doelen Nederland wil de belangrijke bijdrage van haar leden in het bijzonder (en van goede doelen in het algemeen) aan de samenleving benadrukken. Daar is niets mis mee, maar het persbericht dat de branchekoepel verspreidde over haar sectoronderzoek naar de 24 grootste goede doelen bevat  een rookgordijn. Eigenlijk meer een roze wolk. En die beneemt het zicht op de werkelijkheid.
 
Reageren? Mail ons, of reageer via TwitterFacebook of Linkedin.
 
GDN meldt dat de resultaten in 2018 ‘nagenoeg hetzelfde zijn als in 2017’. Nagenoeg inderdaad, maar wel minder positief dan in 2017. Wie onder de motorkap van het GDN-onderzoek duikt, ziet al gauw waar de schoen wringt. De giften van particulieren en bedrijven is samen met 2% afgenomen. De giften van particulieren geven een significante daling van 4% te zien. In absolute zin kwam er 12 miljoen euro minder binnen.
 
Het goede nieuws dat daar tegenover staat is een toename van inkomsten uit andere bronnen: overheidssubsidie, nalatenschappen en loterijen. Waar moeten we ons dan druk over maken? De helft van de inkomsten (particulieren en bedrijven) loopt iets terug; de andere helft (subsidies, erfenissen en loterijen) zijn iets gegroeid. Per saldo een lichte achteruitgang. Big deal? Ja toch wel.
 
De nieuwe GDN-cijfers zijn namelijk (helaas) in lijn met de longitudinale cijfers van het onderzoek Geven in Nederland (VU): een gestage daling van de vrijgevigheid van donateurs en bedrijven. Dat is een zorgelijke ontwikkeling waar De Dikke Blauwe in het verleden al eerder op heeft gewezen, maar die nu in de roze wolk-pr opnieuw een beetje onder het vloerkleed wordt geveegd. Inkomsten van private donoren vormen de ruggengraat van gevend Nederland. Als de geefbereidheid van deze bronnen structureel afneemt, is er reden tot zorg. Of anders gezegd: ligt er een uitdaging. Dat de maatschappelijke betrokkenheid van goede doelen in Nederland onverminderd groot blijft, zoals het GDN-persbericht juicht, is geweldig, en zouden we niet anders verwachten. Maar belangrijker lijkt het ons dat de maatschappelijke betrokkenheid van de donoren onverminderd groot blijft. Stop het geld waar je mond is.
 
De vraag is nu waarom de leden van GDN op deze manier willen communiceren. Wat is er mis met ook in de kop al het eerlijke verhaal vertellen? Beursgenoteerde bedrijven hebben eenzelfde transparantieplicht en die komen echt niet weg met wollig taalgebruik als ze 2% minder omzet hebben gedraaid.
Die leggen uit wat ze gaan doen om het tij te keren.
 
►Voor de cijfers van GDN: klik hier
►Voor het commentaar van DDB over de dalende geefbereidheid: klik hier
►Voor de blog van prof. René Bekkers (VU, Geven in Nederland): klik hier
 
REACTIE VAN GOEDE DOELEN NEDERLAND

Dit bericht stelt dat ons nieuwsbericht een té rooskleurige weergave is van de werkelijkheid.
 
De kop van ons bericht is ‘De maatschappelijke betrokkenheid bij goede doelen is onveranderd groot’. In het bericht wordt ingegaan op de kengetallen over 2018 van 24 grote leden (meer dan 20 miljoen euro aan inkomsten per jaar). En daar is, wat ons betreft, niets te veel mee gezegd. Zo is de steun van particulieren, met ruim 44% van de totale inkomsten, en zijn de totale inkomsten en de doelbesteding gelijk gebleven aan vorig jaar, althans is er sprake van een verwaarloosbaar verschil van minder dan 1%. Dat wil overigens niet zeggen dat we ons zonder meer verzekerd weten van de steun uit de samenleving. We zullen steeds moeten laten zien wat de toegevoegde waarde van het werk van goede doelen is voor de samenleving en mensen daarmee aan ons moeten binden.
 
Natuurlijk zijn er in de onderverdeling ten opzichte van vorig jaar voor deze 24 organisaties ‘plussen en minnen’. Bovendien zijn er verschillen tussen organisaties. Maar is er zoals Akkermans aangeeft - en hij beroept zich daarbij op onderzoek van René Bekkers van de VU - inderdaad sprake van ‘een gestage daling van de vrijgevigheid van donateurs en bedrijven’?
 
Het onderzoek onder onze leden over de afgelopen jaren geeft gemiddeld een positiever beeld. Zo was er steeds sprake van een toename van inkomsten uit eigen fondsenwerving, van giften & donaties en een toename van de totale inkomsten.
 
En hoe staat het dan met de steun van bedrijven? Die steun heeft een ander karakter gekregen. Het gaat allang niet meer om het geven van alleen ‘kale euro’s’, maar er wordt in toenemende mate samengewerkt in projecten. Bedrijven stellen hierbij hun kennis en netwerken beschikbaar.  
 
Na de zomer zullen we een beeld geven van de resultaten van nagenoeg al onze leden.
 
We zijn en blijven optimistisch!
 
Margreet Plug
Waarnemend directeur Goede Doelen Nederland
 
REACTIE PROF. RENÉ BEKKERS

Gevraagd naar een reactie op het DDB-Commentaar en de ingezonden mededeling van Goede Doelen Nederland, reageert prof. dr. René Bekkers, filantropiehoogleraar aan de VU en onderzoeksleider van de langlopende studie Geven in Nederland als volgt:
 
Akkermans en Plug komen tot verschillende conclusies omdat ze het over verschillende cijfers hebben. 
1. De cijfers gaan over verschillende populaties: de cijfers van GDN gaan alleen over haar 24 leden met de hoogste inkomsten, de cijfers van GIN gaan over alle bijdragen aan alle goededoelenorganisaties.
2. De cijfers gaan over verschillende eenheden: de cijfers van GDN zijn euro's zonder inflatiecorrectie, GIN geeft ook cijfers over het aandeel van de totale bestedingen.
Als we tot een zinvolle discussie willen komen, dan lijkt het me goed te beginnen met dezelfde cijfers. Daarom nog even de feiten op een rij.

In 2018 zijn de inkomsten uit giften en donaties van particulieren voor de 24 grootste goede doelen volgens de cijfers van GDN gedaald van €294,9 miljoen naar €283,4 miljoen. Dat is een daling van 3,9%. De inkomsten uit giften van bedrijven zijn voor deze instellingen gedaald van €38,6 miljoen naar €36,5 miljoen. Dat is een daling van 5,5%.
Zie hier. 

De daling van de giften van huishoudens in GIN is te zien in het percentage van het besteedbaar inkomen dat huishoudens aan giften besteden. Dat is afgenomen van 0,93% in 1999 naar 0,69% in 2015. Zie hier pagina 10. De waarde van de bijdragen van bedrijven is overigens ook in euro's afgenomen in de periode 2003-2013, maar lag in 2015 weer flink hoger (pagina 7).
Gecombineerd over alle bronnen (huishoudens, bedrijven, fondsen, nalatenschappen en kansspelen) zien we een daling in de totale waarde van filantropie uitgedrukt als % van het BBP 0,97% in 1999 naar 0,77% in 2015 (pagina 6).