Schuyt kritisch op overheid in loterij-advies

15 september 2010
Nieuws | | Loterijen

AMSTELVEEN (15 september) - "De overheid mag de opbrengsten van de Goede Doelen Loterijen niet zien als financieringsbron voor eigen overheidsbeleid, noch de opbrengsten beschouwen als substitutie voor eigen beleid dat niet langer wordt voorgezet." Met dit advies waarschuwt de voorzitter van de Commissie "Modelverdeelsysteem Kansspelopbrengsten" prof. Theo Schuyt de overheid in een vervolgonderzoek in opdracht van de Nationale Goede Doelen Loterijen NV.

De adviezen van Schuyt staan in een "Update" van het onderzoek dat de Commissie "Modelverdeelsysteem Kansspelopbrengsten" in de zomer van 2004 uitbracht aan de minister van Justitie. De overheid sprak zich in deze periode uit over een mogelijk onevenwichtige verdeling van de kansspelopbrengsten uit de goede doelenloterijen, die is vastgelegd in het kansspelbeleid op een percentage van 50% van de Nationale Goede Doelen Loterijen NV en een verplicht minimum percentage van 18% voor De Lotto.

Lange periode van onduidelijkheid
Nu zes jaar later de Wet op de Kansspelen herzien zal worden wilde de Goede Doelen Loterijen, die de verdeling van de opbrengsten uit haar drie loterijen (Postcode , Sponsor Bingo en BankGiro) intussen heeft aangepast naar duidelijker profielen (resp. mesn&natuur, welzijn&gezondheid en cultuur), zelf een onafhankelijke update van de ontwikkeling in de verdeling van de kansspelopbrengsten en in de relatie met de overheid. Schuyt: "Een lange periode van onduidelijkheid van overheidszijde schiep ruimte voor lobbyactiviteiten vanuit de begunstigden. Vanuit onder meer de sportsector werden naar de Minister van Justitie acties ondernomen om de sportsector via kansspelen extra te begunstigen."

Pregnante adviezen
Vooral de adviezen van de Commissie Schuyt over de relatie tussen de Goede Doelen Loterijen en de overheid zijn, aan de vooravond van majeure overheidsbezuinigingen, pregnant. Maar ze zijn dat ook in het licht van het advies van de Commissie in 2004, waarop vanuit de Goede Doelen Loterijen destijds zware kritiek kwam. Schuyt c.s. was in 2004 nog buitengemeen kritisch over de verdelingsgrondslag en de mate van transparantie van de Goede Doelen Loterijen.

In zijn Update is Schuyt c.s. juist zeer kritisch op de overheid waar het gaat om de verdeling van de verantwoordelijkheden met het particulier initiatief. De onderzoekers brengen zeven heldere adviezen naar voren:

1. De overheid mag de opbrengsten van de Goede Doelen Loterijen, De Lotto en Scientific games (steunt de paardensport, red.) niet zien als financieringsbron voor eigen overheidsbeleid, noch de opbrengsten beschouwen als substitutie voor eigen beleid dat niet langer wordt voortgezet (een subsidiekorting van de overheid mag zodoende niet worden gecompenseerd door kansspelopbrengsten ofwel de overheid mag geen subsidiepolitiek voeren met loterijopbrengsten).

2. Schakel lobby oukazes uit (o.a. van de sport, maar ook van andere maatschappelijke doelen) door duidelijkheid te creëren: de keuze voor het goede doel ligt bij de loterijdeelnemer; zie ook advies 6.

 3. De Goede Doelen Loterijen, De Lotto en Scientific Games stellen ieder op basis van hun profielen een beleidsplan op in lijn van het advies van de Commissie Modelverdeelsysteem Kansspelopbrengsten.

4. Over deze beleidsplannen plegen de Goede Doelen Loterijen NV, De Lotto en Scientific Games overleg met relevante betrokkenen (o.a. vakdepartementen, SBF).

5. Het zou aanbevelenswaardig zijn bij de overheid interdepartementaal goede doelenoverleg tot stand te brengen.

6. Een coherent goede doelenbeleid van zowel overheid als particulier initiatief is winst voor de keuze die de loterijdeelnemer (aan de voorkant) maakt.

7. Vanwege het toenemende belang van filantropische bijdragen ter versterking van de Nederlandse verzorgingsstaat verdient het aanbeveling dat de Nederklandse overheid een convenant sluit met de filantropische sector. Dit in lijn met "The Compact" in Engeland.

Trends in verdeling kansspelopbrengsten
De Update geeft tevens een overzicht van de verdeling van de kansspelopbrengsten sinds het rapport uit 2004.

Gezondheid: Deze sector werd in 2004 door de Commissie Schuyt als een in afdrachten achtergebleven sector beschowud. In 2002 was de afdracht voor gezondheid van het totaal 5%; vanaf 2004 (met een afdracht van 20 miljoen euro) groeit dit uiteindelijk naar 7% met in absolute zin een afdracht van 30 miljoen euro. Schuyt: "Binnen deze sector is inderdaad sprake van eenpositieve ontwikkeling in afdracht."

Cultuur: De Commissie Schuyt noemde de cultuursector in 2004 ook als een sector met "een in mindere mate achtergebleven afdracht". De Update stelt vast: "vanaf 2006 is er een sterke groei op achtergebleven afdracht binnen deze sector: "in absolute zin is de afdracht bijna verdubbeld."

Sport: De Commissie Schuyt constateert dat de afdtacht vanuit De Lotto aan de sportsector zowel in absolute als in relatieve zin schommelingen, met name door de achterblijvende omzetgroei van De Lotto. "In absolute zin is de afdracht vanaf 2004 gestegen."

Mensenrechten & ontwikkelingssamenwerking: Deze sector daalt volgens de commissie in relatief opzicht, maar in absolute zin vallen de schommelingen mee.

Religie/levensbeschouwing & onderwijs: Deze sectoren blijven volgens de commissie "vrijwel niet begunstigd, met die kanttekening dat een klein aantal beneficienten in tweede instantie ook als onderwijskundige doelen bestempeld zouden kunnen worden en een groeiend aantal levensbeschouwelijke organisaties actief op het terrein van OS wel gelden ontvangen vanuit de Postcode Loterij."